Bij de kassa kwam ik haar tegen en ik twijfelde geen moment. “Als je wilt kun je nu meteen het sint cadeautje komen halen. Ik ben nu toch thuis!” Zei ik tegen haar. “Graag!” Was haar antwoord en ik vertelde dat ik dicht bij de winkel in de buurt woon.

“Bij het huis waar de Kever toch voor de deur staat?” Vroeg ze, maar ik schudde nee. De tuin wordt momenteel aangepakt, dus de kever heeft plaats gemaakt voor een container. Ik vertelde waar ze ongeveer moest zijn en maakte het een stukje makkelijker door te zeggen dat ze bij het huis moest zijn waar nu een container voor de deur staat. Ze vertelde dat ze nog even bij de andere winkel naar binnen liep en dan zometeen langs zou komen. We namen afscheid en ik liep terug naar huis.

Mijn fout drong tot mij door toen ik de straat in kwam. Het lijkt heel simpel en herkenbaar toen ik het haar uitlegde, maar toen ik dat zei had ik er even niet bij nagedacht. Want hoe vaak komt het voor dat er drie containers achter elkaar in een staat staan?

Ruim op tijd zijn we vertrokken, maar toch houd ik er gewoon van om een beetje pittig te rijden. “Mama! Rechtdoor over de rotonde!” De kinderen vragen en ik gehoorzaam want met de Suburban is het dan ook erg leuk om te doen.

Een beetje verdwaasd stappen de kinderen uit de wagen. “Dat was leuk!” Roepen ze terwijl ze hun gitaar pakken. We zijn op weg naar hun gitaarles.

Sofie is als eerste aan de beurt en ze neemt plaats op de stoel. Kyle, haar leraar, legt haar het nieuwe rifje uit en ik zie dat ze haar aandacht erbij probeert te houden. Ze probeert het na te doen, maar al snel verontschuldigd ze zich omdat het niet lukt.

“Sorry, het lukt niet echt want ik ben een beetje misselijk. Mama heeft namelijk gereden.”

Ook in dit huishouden zijn we overgestapt naar de “slimme deurbel”. Mijn man leek het leuk speelgoed en ik moet bekennen dat het handig is. Ik betrap me er stiekem op dat iedere keer als ik nu langs onze deur loop ik de tong uitsteek of gekke bekken trek. Het haalt een beetje het kind in mij naar boven. Alweer. Omdat ik de kinderen nu regelmatig wel eens alleen thuis laat als ik met de hond ga lopen leek het me wel handig om de nieuwe bel erbij te betrekken, want via de app kun je communiceren met degene die aan de deur staat. “Jongens luister, jullie maken voor niets en niemand de deur open zoals jullie gewend zijn, maar mocht er nu echt iets aan de hand zijn, kunnen jullie via de bel wel contact met mij opnemen. “Ok mama!” Was hun reactie. Ik kondigde aan dat ik met de hond vertrok en sloot de poort aan de achterzijde af.

Het is altijd mijn streven om google maps te verslaan. Zodra ik de route invoer en google geeft mij de verwachte tijd van aankomst aan zegt het stemmetje in mijn hoofd “Dat zullen we nog wel eens zien google..”

Met iedere minuut die ik eraf snoep zegt het stemmetje “Zie je wel!” En dan heb ik het niet over de keer dat ik midden in de nacht naar huis reed vanuit Amersfoort en er bijna een half uur korter over heb gedaan.

Nu ben ik vanuit Rotterdam onderweg naar huis. Het was een geweldig concert in de Ahoy en na een lange werkdag ben ik blij dat ik niet naar huis hoef te rijden. Nee, dat doet mijn vriendin.

De navigatie geeft aan dat we om 1 uur thuis zullen zijn maar langzaam zie ik de minuten erbij komen door de wegwerkzaamheden. Ze houdt zich keurig aan de snelheid. Echt overal. Ach.. Niet iedereen heeft dat streven.

Het leek mij vannacht nog echt een goed idee, maar nu ben ik erachter dat dit natuurlijk niet zo is. Ons huis ligt bezaaid met kriebel beestjes. Degene die je een tijd geleden kon sparen bij de Jan Linders.

Leuk speelgoed, educatief speelgoed en vooral met het brein van deze vervelende mama, ideaal om streken mee uit te halen. Geregeld dat de kriebelbeestjes hun weg onder een kussen, in een kast of zelfs met kneedgum op de muur worden geplakt om iemand in het huis te laten schrikken. Want ja, ze zien er best realistisch uit als je er niet op bedacht bent.

Gisteravond was ik er wel op bedacht toen ik zorgeloos mijn hand in mijn badjas stak. Mijn zoon haalde deze keer de streek uit, maar door de grote hoeveelheid had dit niet het gewenste resultaat. Ik schrok niet. Wachtend tot mijn zoon diep in slaap lag nam ik mijn wraak en drapeerde een tiental beestjes rondom zijn kussen. Tevreden met mijn plan viel ik diep in slaap. Tot ongeveer 5:30.

“Ik schrok niet!” Riep Zeff terwijl hij alle beestjes op mijn hoofd liet vallen. Nou. Ik anders nu wel.

Niet al te voorzichtig zet de dokter de spuit in mijn bovenlip. Het doet pijn en de tranen schieten in mijn ogen. Mijn lip voelt meteen een beetje dof aan, maar dat is ook de bedoeling. Het is een verdoving.

“Ik ga straks met mijn collega’s nog uit eten.” Zeg ik tegen de dokter. Hij moet zijn lachen inhouden. “Rustig maar, ik zal mijn best doen om het zo onopvallend mogelijk af te plakken.” Dit zegt hij terwijl hij de rol leukoplast bijna tot een meter lang afrolt.

Hij prikt met een naald in mijn bovenlip. “Voel je dit?” Ik schud nee, want praten kan al niet meer met deze dikke lip. De dokter pakt het mesje en snijd binnen luttele seconden het bultje weg die ik zelf al jaren heb geprobeerd weg te kratsen.

Het begint natuurlijk meteen te bloeden, waardoorde dokter er meteen een soort watje op legt. Een gaasje en daaropvolgend 3 stuks leukoplast van een meter lang.

Zover het onopvallend afplakken dus.

Ik had beter moeten weten toen ik “ja” zei tegen mijn dochter. Eerlijk toegegeven. Ze is echt een stuk stylisher dan dat ik ben. Iedere combinatie wordt zorgvuldig bekeken en ieder kledingstuk dat ik mee naar huis neem wordt grondig gekeurd. Maar hoe dan ook, alles wat ze zich aantrekt, het staat haar.

Ze heeft lef. Toen ik laatst voorstelde haar haren te verven met verschillende kleuren vertelde ze mij precies al hoe ze het wilde hebben. Turquoise onderaan, lila in het midden en roze bovenop. Je leest het goed. Mijn 7 jarige dochter loopt nu rond met een echt “zeemeermin” kapsel en ze ownt het.

Ik ben trots op haar, dat ze al op zo’n jonge leeftijd echt helemaal zichzelf durft te zijn ondanks reacties van buitenaf. Maar toch had ik nee moeten zeggen. Want ik heb echt spijt dat ik ja heb gezegd tegen die make-up doos.

Mijn kinderen staan naast me als ik de droger weer open maak en het derde paar schoenen erin zet. “Hoeveel paar schoenen heb je nog over?” Vraagt mijn zoon. Ik wijs naar het rek naast me waar nog één paar schoenen van mij op staat.

Ik trek mijn laatste paar schoenen aan en neem mijn vest van de kapstok. Het regent al 2 dagen en de vorige schoenen hebben geen weerstand kunnen bieden tegen de nattigheid. Bij de eerste plassen voelde ik mijn sokken al nat worden. Maar ik blijf in ontkenning. De zomer mag nog niet voorbij zijn.

Ik pak de riem van de hond en neem mezelf voor nu wel een groter stukje te gaan lopen. Ik ben de eerste straat uit en natuurlijk begint het nu toch weer harder te regenen. Het duurt niet lang voordat ik voel dat mijn sokken het ook deze wandeling niet droog zullen houden. Maar het grote rondje loop ik toch.

“En? Vraagt mijn zoon als ik thuis kom. “Zijn je schoenen droog gebleven of kun je beter deze gaan gebruiken?” Met een grote glimlach haalt hij mijn regenlaarzen achter zijn rug tevoorschijn. De kleine etter..

Voor mijn gevoel ben ik best een sociaal mens. Ik maak graag een praatje als ik bijvoorbeeld met de hond loop of naar de winkel ben. Het interesseert mij dan ook niet of het een totaal vreemd persoon is. Mensen zijn er om te leren kennen.

Het valt mij dan ook op hoe vriendelijk de mensen zijn ondanks mijn voorkomen. Ik ben niet echt wat je noemt een doorsnee mens met mijn gekleurd haar, tattoos en mijn piercings. Maar de mens is met het grootste gros heerlijk onbevooroordeeld en de gesprekken altijd leuk en interessant.

Gisteravond was er een man aan het lopen met zijn hond. De hond liep los, net als mijn kinderen. Heel attent droeg de man zijn hond op naast hem te komen zitten en mij viel de enorme gelijkenis tussen mijn eigen hond en de zijne op. Een gesprek volgde. Na een 10 minuten dat mijn kinderen zich met hond hebben bezig gehouden en de man en ik ons verhaal hadden gedaan liepen de kinderen en ik verder naar mijn auto.

Achter mij hoorde ik hard gelach. De man stond weer achter mij met zijn hond. “Toeval bestaat niet.” Zei hij toen hij naar mijn dierbare kever keek. Hij trok de mouw van zijn trui omhoog waaronder een mooie tattoo van een kever pronkte. Natuurlijk waren we zo weer een kwartier verder.

Mijn standaard ochtend begint altijd erg vroeg. Om 7:15 begin ik met werken dus mijn wekker gaat al op tijd. Voordat ik met werken begin loop ik namelijk altijd een groot stuk.met de hond. Dit zit er in en gaat er nooit meer uit.

Nu mijn man een paar dagen weg is, lopen de ochtenden een beetje anders. Een tikkeltje hectischer. Veel hectischer. Ik heb de boterhammen wellicht wel al klaar staan en de hond is wel al geweest, maar schijnbaar moeten de kinderen ook nog gymen en naar de bieb.

Ik moet zelf gewoon werken dus de kinderen gaan met me mee naar de VSO. Ze zitten al onder groot protest aan het ontbijt, want normaal hoeven ze pas om 7 uur op te staan en nu moeten ze om die tijd al klaar zijn. Het verloopt allemaal verre van soepeltjes.

Terwijl ik van hot naar her aan het rennen ben zie ik dat we al over 10 minuten moeten vertrekken. De kinderen zitten nog aan tafel met het eten. Ze hebben hun schoenen nog niet eens aan en hun haren zitten nog helemaal in de knoop. En shit. Ik moet poepen.